603R Voorlader

Verlaat de cabine pas na het loskoppelen van de voorlader

De voorlader wordt losgekoppeld in vier stappen: laat de voorlader zakken, open de parkeersteun, verwijder de hydraulica en maak de mastpin los.

Om de voorlader los te koppelen, moet de bak vlak op een stabiele ondergrond staan (1). De bestuurder moet de cabine verlaten en de zelfverstelbare parkeersteunen laten zakken aan beide zijden van de voorlader (2): met de zelfverstelbare parkeersteunen kan de bestuurder de voorlader parkeren op onregelmatig terrein en toch een goede positie behouden ten opzichte van het montageframe om de voorlader later correct te bevestigen. De parkeersteunen kunnen worden versteld zonder gereedschap.

 

Na het neerlaten van de parkeersteunen moeten de hydraulische koppelingen aan de rechterkant van de voorlader worden verwijderd (3) en moet de lader worden ontgrendeld van de tractormontageframes (4). Na deze vier stappen kan de bestuurder de tractor verplaatsen (5 en 6).

Snelle verbinding van de voorlader met de tractor

Het aansluiten van de voorlader is snel en gemakkelijk dankzij het ontwerp van de helling op de montageframes en de automatische mastvergrendeling uitgerust met een zweefinrichting. Rijd de tractor om de montageframes in de mast in te voeren tot de vergrendelingsindicators in de vergrendelingspositie staan. Vervolgens kan de bestuurder de parkeersteunen (1) heffen en de koppelingen (2) aansluiten voor de hydraulische en elektrische voedingen naar de tractor. Dankzij een intuïtief en onderhoudsvrij ontwerp kan de voorlader snel worden aangekoppeld en losgekoppeld om de tractor klaar te maken voor elke taak.

Gebruik de automatische werktuigvergrendeling om het werktuig sneller op de lader aan te sluiten

Het veranderen van werktuig is een dagelijkse taak voor veel frontladerbestuurders. Dankzij de gepatenteerde automatische werktuigvergrendeling (automatic implement latch of AIL) kunnen verschillende bakken, vorken en andere werktuigen worden aangesloten in minder dan 3 seconden. De speciale behandeling en materiaalkeuze zorgen ervoor dat de stang geschikt is voor de zwaarste toepassingen en een duurzame, levenslange oplossing vormt. De AIL is een basisfunctie van de Euro Carrier, die compatibel is met alle Euro-werktuigen. Het is ook beschikbaar met de Combi Euro MX-werktuigdrager.

Ontkoppel het werktuig

Om het werktuig te ontgrendelen, moet de bestuurder de handgreep manueel openen (1). Het is optioneel ook mogelijk om dit te doen vanuit de cabine met de hydraulische werktuigontgrendeling (hydraulic implement unlatching (HIU)). Het vereist minimale inspanning om het werktuig te ontgrendelen, zonder behoefte aan gereedschap. De handige positie van de handgreep biedt eenvoudige toegang voor de bestuurder. De bestuurder moet aan de handgreep trekken en met de klok mee draaien. De handgreep zal in de gewenste stand blijven staan.

 

De volgende stap is om het werktuig te verwijderen van de werktuigdrager (2): hef het werktuig op en laat de lader zakken tot de bak de grond raakt. De stang komt los van de werktuighaken. De handgreep van de werktuigdrager beweegt naar een standby-positie om later snel te kunnen aankoppelen.

Koppel het werktuig aan

De automatische werktuigvergrendeling (Automatic Implement Latch (AIL)) vergrendelt het werktuig zodra de verbindingslip van het werktuig de triggerplaat op de drager raakt (2). Om dit te bereiken moet de bovenste stang van de drager worden aangesloten op de bovenste haken van het werktuig en vervolgens moet de werktuigdrager achteruit worden gekiept. Het is echter niet nodig om het werktuig volledig achteruit te kiepen. Het werktuig wordt aan beide zijden van de drager vergrendeld (1, 2). De snelle en eenvoudige vergrendeling wordt uitgevoerd ongeacht de hoogte van de lader.

 

Automatische werktuigvergrendeling (AIL) in meer detail:

Positie van de handgreep van de werktuigdrager tijdens het vergrendelingsproces

1. Positie 1: Vergrendeling open - vergrendelbuis tegen groene plaat van drager
2. Positie 2: Vergendelbuis tegen AIL-plaat
3. Trigger wacht op verbindingslip van werktuig
4. Positie 3: Vergrendeling gesloten

Betere zichtbaarheid met de R-series

Het ontwerp van de voorladers uit de R-series verbetert de zichtbaarheid van het werktuig, ongeacht de hefhoogte van de voorlader. De laderarm heeft een gebogen vorm en is uitgelijnd met de motorkap van de tractor en biedt beter zicht bij werken met de voorlader. De positie van de mechanische nivelleerstang ondersteunt de betere zichtbaarheid van de mechanische zelfnivellering (MSL). Dankzij het compacte ontwerp van de laadarm en de cilinders garandeert de geheven afstand tussen de cilinders en de spatborden genoeg speling. Dit zorgt voor de juiste stuurhoek om de lader te bewegen in nauwe ruimten.

 

De lage stand van de koppelbuis biedt ook goede zichtbaarheid en ruimte aan de koplampen van de tractor, waardoor de verlichting perfect is voor nachtelijk gebruik.

Laderlichten

Werken bij schemering of 's nachts hoort bij het werk van een landbouwer. Door de verbeterde zichbaarheid kan de bestuurder comfortabeler en met meer vertrouwen rijden. De laderlichten zijn op de ladergiek gemonteerd en volgen de bewegingen van de lader. Met 850 lumen per lamp beschikt u over krachtige verlichting bij werken in donkere omstandigheden. De laderlichten hebben een laag verbruik van 15 watt per licht.

Comfort in de R-serie

Wielophanging

De optie voor de ladervering verbetert het comfort nog verder bij gebruik van laders uit de R-serie op ongelijkmatig terrein. De gasaccumulator is geïntegreerd in en wordt beschermd door de koppelbuis. De vering wordt geactiveerd vanaf de bestuurdersstoel door middel van een knop op de mechanische multifunctionele hendel (1) of een schakelaar op de console met de elektronische multifunctionele hendel. De ladervering resulteert in een soepelere rit en minder potentieel verlies van materiaal.

 

Ga naar laderophanging voor meer informatie.

Pakketten voor elektronische zelfnivellering (ESL)

Om repetitieve ladertaken eenvoudiger en nauwkeuriger te maken, biedt John Deere nu de RTP-optie die de frontlader automatisch terugzet naar een vooraf ingestelde positie. De RTP is onderdeel van de ESL-pakketten: het ESL-standaardpakket omvat de niet-zelfnivellerende (NSL) laadarm met RTP terwijl het ESL-premiumpakket de laadarm met mechanische zelfnivellering (MSL) met RTP omvat.

 

Met RTP kan de bestuurder tot vier werktuigposities opslaan: vier werktuighoogten en vier werkuighoeken. Door de RTP kan de productiviteit aanzienlijk verbeterd worden en kan de bestuurder werken in een eenvoudige omgeving. Met deze functie hoeft de bestuurder niet zijn volledige aandacht te richten op de positie van het hulpstuk; met een paar kliks van de bestuurder kan de tractor de lader beheren. De bestuurder kan bijvoorbeeld vier posities opslaan in een laadproces. De bestuurder laadt mest: hij pakt de mest op (A), brengt de mest naar de aanhangwagen (B), heft de mest boven de aanhangwagen (C) en kiept de mest in de aanhangwagen (D). Hij kan terugkeren naar al deze posities door de multifunctionele hendel in de juiste richting te bewegen. Door de opgeslagen positie wordt het risico op schade geminimaliseerd.

 

Met de RTP-optie hoeven de laderhoogte en de hoek van het werktuig niet gecontroleerd te worden bij het hanteren van pallets, silagebalen, hout en gravel; de tractor neemt de bediening over. Dit beketent dat een volledige laadcyclus uitgevoerd kan worden in acht bewegingen van de multifunctionele hendel. De elektronische multifunctionele hendel en de intuïtieve CommandCenter™ bedieningen verbeteren het gebruiksgemak.

 

Ga naar de pakketten voor elektronische zelfnivellering (ESL) voor meer informatie.

Schakelknoppen (GSS)

Met de schakelknop (GSS) (1) op de multifunctionele hendel kan de bestuurder schakelen zonder zijn hand van de multifunctionele hendel te halen. Tijdens het laadproces zijn verschillende snelheden vereisten om snel en efficiënt te kunnen werken. De GSS-optie is op de multifunctionele hendel geïnstalleerd. De optie is verkrijgbaar voor alle ladermodellen.

 

Ga naar de GSS voor meer informatie.

Hydraulische werktuigontgrendeling (HIU)

Alle laders uit de R-serie zijn standaard uitgerust met een Euro Carrier. Deze drager maakt verbinding met alle Euro-werktuigen aan de lader mogelijk, ongeacht welke fabrikant het werktuig levert. De Euro Carrier wordt standaard geleverd met een automatische werktuigvergrendeling (AIL).

 

De Euro- en Combi Euro/SMS-drager kan uitgerust worden met de optie voor hydraulische ontgrendeling van het werktuig. Deze optie vergroot het comfort van de bestuurder omdat het werktuig ontgrendeld kan worden door vanaf het bestuurdersplatform op een knop te drukken. De bestuurder hoeft de cabine niet te verlaten om de hendel om te zetten.

 

Een gasaccumulator wordt gevuld met olie als het werktuig onder druk wordt gezet. Om het apparaat te activeren, worden de twee schakelaars die aan de rechterkant van het bestuurdersstation zijn geïnstalleerd tegelijkertijd ingedrukt door de bestuurder. Hierdoor komt er olie vrij en wordt het werktuig ontgrendeld. Net als bij de concurrentie kan het werktuig ook handmatig verwijderd worden.

 

Ga naar de hydraulische werktuigontgrendeling voor meer informatie.

Terugkantelbundel

Met de bundel naar achteren kantelen kan de bestuurder de terugrolhoek vergroten met 12 graden. Dit zorgt voor minder materiaalverlies. Zo kan er meer materiaal verplaatst worden met één lading, wat het aantal ladingen vermindert en tijd bespaart bij werkzaamheden met de voorlader. De werktuigonderdelen moeten worden geïnstalleerd op het onderste deel van de bak, waar het werktuig aan het dragerframe is gekoppeld.

 

Ga naar de bundel naar achteren kantelen voor meer informatie.

Vermogen

Dankzij het ontwerp en de kinematica van de lader hebben de laders uit de R-serie uitstekende capaciteiten met betrekking tot hefvermogen en hefhoogte. Het vermogen van de John Deere tractor wordt via het hydraulische systeem overgebracht naar de lader.

 

De ondergebouwde nivelleerstang van de mechanische zelfnivellerende lader is verbonden met de synchrooncilinders die leiden tot snelle cyclustijden (kiepen en naar achteren kantelen). De geometrie zorgt voor meer terugrolcapaciteit die de bestuurder kan ervaren met sterkere uitbreekkrachten. De scharnierpunten van de compacte laadarm zitten lager voor eenvoudige toegang voor smeren.

 

De gedetailleerde specificatie van de laders kan een overzicht geven van de hefhoogte en hefcapaciteit van elke lader (543R, 603R, 623R, 643R, 663R en 683R).

Duurzaamheid

Door het materiaal van hoge kwaliteit hebben laders uit de R-serie een hoog duurzaamheidsniveau. De modulaire gietijzeren onderdelen op de lader zijn de basis voor een duurzame machine. De gietijzeren montageframes zorgen voor een sterke basis voor zware toepassingen en garanderen een goede koppeling aan het tractorframe. Dit resulteert in geteste betrouwbare lange levensduur.

 

De positie en de vorm van de koppelbuis ondersteunen de zwaarste ladertoepassingen en garanderen stabiel gedrag van de tractor- en ladercombinatie. Daarnaast resulteren het ontwerp van de compacte giek en de kinematica van de lader tot een sterke en betrouwbare oplossing in het veld.

Om hoge kwaliteit en uitstekende duurzaamheid te garanderen, zijn de laders uit de R-serie getest op een speciale testbank voor frontladers waarbij de lader is blootgesteld aan zware agrarische toepassingen. Alle scharnierpunten zijn ontworpen met een breder contactoppervlak en zijn gemaakt van gietijzeren materiaal. De scharnierpunten hebben een aangepaste diameter en ondergaan een specifieke behandeling om uitstekende duurzaamheid te verzekeren.

 

De gelaste bussen hebben een speciale vorm voor de beste drukverdeling en ondersteunen de zware toepassingen.

 

De belangrijke scharnierpunten zijn uitgerust met vervangbare bussen voor lagere smeerintervallen omdat het smeer continu wordt geleverd tijdens werken met de lader. Dankzij het specifieke busontwerp kunnen er nieuwe bussen geïnstalleerd worden.

Hydraulische integratie

Bij de John Deere laders zijn de olieleidingen door de laadarm geleid om ze te beschermen tegen schade en om het zicht van de bestuurder verder te verbeteren. Om goede toegang tot de hydraulische slangen te bieden, zijn ze aan de bovenkant van de koppelbuis geplaatst. De afdekking van de koppelbuis die de hydraulische onderdelen beschermt, kan eenvoudig verwijderd worden.

 

De laderophanging is in de koppelbuis geplaatst om de gasaccumulator te beschermen tegen invloeden van buitenaf.

Cilinder met doorlopende stang

Snelle bakbewegingen zijn belangrijk om de lading uit de bak te kiepen, om zo productief mogelijk te laden. Het ontwerp van de bakcilinders kan een zeer grote invloed op deze snelheid hebben, vooral bij de MSL-laders.

 

Daarom zijn alle MSL-laders uit de R-serie uitgevoerd met synchrooncilinders. Een cilinder met doorlopende stang vereist een veel kleinere oliestroom voor het duwende einde van de cilinder, waardoor de cilinder veel sneller kan kiepen dan een normale cilinder.

Veiligheidsinrichting

Een hydraulische afsluitkraan is aanwezig in de basisuitvoering van de Ag-laders uit de H-serie om ervoor te zorgen dat de lader niet plotseling zakt. Zo kan de laadarm bijvoorbeeld worden vergrendeld als iemand voor onderhoudswerkzaamheden onder de laadarm moet zijn.

Voorladers van de R-serie zijn nog eenvoudiger te koppelen en ontkoppelen dankzij de automatische mastvergrendeling. Deze functie zorgt voor efficiëntie bij werkzaamheden die frequent parkeren van de lader vereisen. Het automatische mastvergrendelingssysteem is een mechanische hendel waarmee de bestuurder de lader in één keer vanuit de cabine kan ontkoppelen of koppelen. De eenvoud en het gemak van het automatische mastvergrendelingssysteem zorgt voor een verbetering van de productieve tijd.

Instructievideo koppelen en ontkoppelen voorlader R-serie